Logoreeks

Nieuwe economische dragers voor het platteland

In samenwerking met WVI realiseerde Westhoekoverleg in de periode 2003-2006 een onderzoek naar nieuwe economische dragers voor het platteland.  Dit onderzoek kwam er omdat er werd vastgesteld dat vele landbouwbedrijven die niet langer een agrarische functie hadden, gebruikt werden voor andere economische doeleinden.  De Westhoek was hiermee de eerste Vlaamse plattelandsregio die zich over dit maatschappelijk fenomeen boog.  Sinds de afronding van deze studie is Westhoekoverleg vragende partij voor een sluitend Vlaams beleidskader dat economische ontwikkelingen op maat van het platteland toelaat in deze voormalige landbouwbedrijven.

Het eindrapport kunt u hier raadplegen.

Landbouwwegen en plattelandsgemeenten

Reeds langere tijd signaleren Westhoekgemeenten dat de last voor het beheer en onderhoud van landbouwwegen te zwaar weegt op de gemeentelijke begroting.  Dit heeft te maken met o.m. de uitgestrektheid van de Westhoekgemeenten en de beperkte financiële slagkracht van de landelijke gemeenten. Gezien het onderhoud en beheer van deze wegen een puur gemeentelijke opdracht is, stellen we bovendien vast dat subsidielijnen voor dit beheer en onderhoud zo goed als volledig zijn opgedroogd.

Om een uitweg te vinden uit deze impasse, heeft Westhoekoverleg in 2007 de hulp ingeroepen van de VLM (West-Vlaanderen). Dit leidde tot de indiending van EFRO-project in 2008 met als titel “landbouwwegen in de Westhoek”.  Verdere tekst en uitleg is terug te vinden in het eindrapport:

eindrapport landbouwwegen Westhoek deel 1
eindrapport landbouwwegen Westhoek deel 2

In 2012 kwam er op Vlaamse niveau een vervolgproject ‘landbouwwegen’.  In het kader van dit EFRO project Landbouwwegen dat nog liep tot eind mei 2013 werd de studie “Opmaak functietoekenningsplan voor de landelijke wegen in diverse Vlaamse regio’s” opgeleverd. De eindresultaten van de studie in de vier regio’s zijn te vinden en downloadbaar op de website van de VLM.

Situering: een functietoekenningsplan

Landbouwwegen zijn een belangrijk onderdeel van de verkeersinfrastructuur van de Westhoek.  Het inrichten en onderhouden van landbouwwegen is een taak van de gemeente. Traditioneel hebben de Westhoekgemeenten het steeds moeilijk gehad met het adequaat invullen van deze taak, gezien de beperkte fiscale draagkracht waarover ze beschikken en de uitgestrektheid van hun landbouwwegennet.

Het toenemend en intensiever gebruik van deze landbouwwegen vanuit de landbouwsector en de toeristisch/recreatieve sector zorgt ervoor dat deze taak nog zwaarder gaat wegen bij deze gemeenten. Tevens worden de landbouwwegen meer en meer gebruikt als sluipweg. In de mobiliteitsaanpak van de gemeenten wordt te weinig aandacht besteed aan de wegen in het landelijk gebied. De mobiliteit op deze wegen is bovendien gemeenteoverschrijdend, waardoor oplossingen niet altijd door een gemeentelijke aanpak gedragen kunnen worden.

In het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) worden alle wegen die niet geselecteerd zijn als een “hogere” categorie, beschouwd als een lokale weg, die als hoofdfunctie “toegang verlenen” heeft. In het RSV wordt gesteld dat verkeersleefbaarheid en verkeersveiligheid voor deze wegen voorrang heeft op de verkeersontwikkeling.  De landbouwwegen zijn in deze categorie terug te vinden.

De landbouwwegen hebben diverse functies:

  • ontsluiting van lokale bedrijven
  • ontsluiting van woningen
  • alternatieve verbindingen voor fietsers, autoverkeer
  • recreatieve functie
  • ontsluiten van landbouwpercelen
  • ontsluiten van landbouwbedrijven

Al deze functies zijn niet tegelijkertijd aanwezig of wenselijk op een landbouwweg. De weg kan dermate ingericht worden dat bepaalde verkeersfuncties onmogelijk gemaakt worden (bv. door de aanleg van tractorsluizen zorgen dat wegen niet meer bruikbaar zijn voor autoverkeer).

De studie heeft tot doel bij te dragen tot een gebiedsdekkende visie met betrekking tot de mobiliteit en het beheer van de landelijke wegen in de Westhoek, vooral via de opmaak van een functietoekenningsplan.

Aan de hand van de studie kunnen richtlijnen opgemaakt worden voor gemeentebesturen voor een goed beheer en inrichting van hun landelijk wegennet.

De studie kadert in het Europees project “Landbouwwegen in de Westhoek”, dat gefinancierd wordt door het EFRO, de gemeenten Diksmuide, Houthulst en Poperinge, de Vlaamse Landmaatschappij, het Westhoekoverleg en de provincie West-Vlaanderen. EFRO cofinanciert deze studie en de innovatieve inrichting van één case van landelijke weg in elk van deze drie gemeenten. Dit Europees ondersteund project is gestart op 1 november 2008 en duurt twee jaren, tot 31 oktober 2010. Het EFRO projectnummer is 109 en het project kadert in het doelstelling 2 programma “Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid Vlaanderen 2007-2013”. Het Westhoekoverleg en de provincie West-Vlaanderen cofinancieren deze studie.

Drie ‘cases’: Diksmuide, Houthulst en Poperinge

Case Diksmuide – Beerstblote

DSC00243DSC00242DSC00240DSC00239DSC00237DSC00236

 

Case Houthulst – Merkem

merkem okt10 002merkem okt10 001merkem okt10 003merkem okt10 004merkem okt10 005merkem okt10 006merkem okt10 007merkem okt10 008

 

Case Poperinge – Haringe / Watou

DSCN4518 (2)DSCN4524DSCN4535DSCN4541DSCN4544DSCN4547DSCN4642

Per case werd één alternatief inrichtingsmodel concreet uitgewerkt voor een landelijke weg in overleg met de lokale overheid en na goedkeuring door de opdrachtgever.

Bij het uitwerken van de voorstellen wordt onder meer aandacht besteed aan:

  • de structuur, de functie van de landelijke weg en de te gebruiken materialen;
  • de interpretatie van de wegeigenschappen in relatie tot de veiligheid en de evolutie van de wegstructuur;
  • de snelheidsbeperkende maatregelen;
  • de herinrichting van bestaande landelijke wegen ter beperking/opwaardering van de mogelijke gebruiksfunctie(s)
  • het beheer.

Verdere info

Toelichting project op plattelandsacademie – 27 okt. ’09
persmededeling VVSG n.a.v. vervolgproject “landbouwwegen”
voorbeeldenboek “Naar een eigenlijk gebruik van plattelandswegen”